Met deze woorden trapt directeur-generaal Michèle Blom van Rijkswaterstaat op 17 november 2022 de jaarlijkse Marktdag af.
Na 2 jaar met online Marktdagen vanwege corona zijn de aanwezigen blij dat ze elkaar weer in levenden lijve kunnen ontmoeten. Het is dan ook een gezellige drukte in de grote zaal van het LEF Future Center van Rijkswaterstaat.
Tegelijk leeft het besef dat de sector voor een grote maatschappelijke opgave staat: onderhoud en vervanging van duizenden bruggen, sluizen, stuwen en tunnels. En dat in tijden van crises: oorlog in Oekraïne, hoge inflatie, stikstofproblematiek en krapte op de arbeidsmarkt.
‘De afgelopen periode heeft aangetoond dat hiervoor een vitale infrasector nodig is’, benadrukt Blom. ‘Samen zijn we in staat om te verduurzamen, om met behulp van IT en data te innoveren en de productie te verhogen. Die transitie is in volle gang en dat wordt gewaardeerd: in de markt, bij Rijkswaterstaat én in de samenleving.’
‘Ik ben trots op de koers die we hebben ingezet en op de nieuwe samenwerkingsvormen, zoals in de 2-fasen en portfolio aanpak en de nieuwe generatie onderhoudscontracten. Dat geeft vertrouwen. Samen overwinnen we deze crises.’
Urgent: duurzaamheid en veiligheid
Ook keynote spreker Elisabetta Manunza, hoogleraar Europees en internationaal aanbestedingsrecht, prijst het initiatief om als overheid en markt samen op te trekken. Tegelijkertijd noemt ze 2 urgente zaken die via aanbestedingen verankerd moeten worden in die samenwerking.
Ten eerste duurzaamheid: de strijd om het voortbestaan van mens en planeet. De ambitieuze doelstellingen van Rijkswaterstaat op dit vlak moeten nog meer invulling krijgen, aldus Manunza. ‘Contracten gaan niet alleen over overheid en markt, het maatschappelijk belang van de afspraken moet centraal staan. De milieu-impact van projecten moet standaard worden meegewogen in de kosten.’
Ten tweede noemt Manunza veiligheid. ‘Landen als Rusland bedreigen onze open samenleving en vitale infrastructuur, bijvoorbeeld met cyberaanvallen. Aanbestedingen gaan daarmee ook over de prijs van vrijheid, de rechtstaat en democratie.'
‘We willen minder afhankelijk worden van landen buiten de EU, maar maken te weinig gebruik van de Europese instrumenten om dit mogelijk te maken, bijvoorbeeld door potentieel onbetrouwbare partners te screenen en uit te sluiten van aanbestedingen.'
Belang van de maatschappij centraal
In de paneldiscussie spreken directeuren vanuit Rijkswaterstaat en de markt over de punten die Manunza benoemt.
Maarten Neelis, programmadirecteur bij Rijkswaterstaat, constateert dat we alert moeten blijven als het gaat om veiligheid in de infra. ‘Bij onze projecten gaat het niet alleen om beton en staal, maar zijn we in toenemende mate afhankelijk van IT en daarmee van cybersecurity.’
Lieve Declercq van SPIE vindt de aandachtspunten terecht, maar waarschuwt voor mogelijk langere aanbestedingsprocedures. Volgens Jean Luc Beguin, CPO van Rijkswaterstaat gaat het voornamelijk om een mindset. ‘Houd duurzaamheid, veiligheid en de maatschappelijke doelen altijd in het achterhoofd. Als wij in onze contracten incorporeren dat we er zijn om maatschappelijke doelen te realiseren, gaat uiteindelijk ook de gewone burger dit ervaren.’
Bart van Breukelen sluit hierop aan en benadrukt het belang om als sector aantrekkelijk te zijn voor jonge mensen. ‘Als wij de waarde voor de maatschappij onvoldoende meenemen, willen jongeren niet bij ons in dienst. We moeten hier echt samen werk van maken.’
Interactief aan de slag
In 5 deelsessies gaan de aanwezigen aan de slag met optimaal samenwerken. Er zijn interactieve sessies over datagedreven assetmanagement, duurzaam bouwen, onderhoudscontracten voor assetmanagement en het dienstenpakket 2030.
In de sessie ‘Beleef de 2-fasen aanpak’ spelen de deelnemers een zogeheten serious game. In rollenspellen worden gesprekken gespeeld tussen opdrachtgever en opdrachtnemer als de samenwerking minder soepel loopt.
Nuttig en leerzaam, aldus een deelnemer: ‘Het blijft lastig om bij een conflict uit de oude groef te stappen: te beseffen dat een conflict geen probleem is en de ruimte te nemen om er samen uit te komen’.
Infrastructuur van eminente klasse
Het slotwoord van de dag is aan minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat. Hij benadrukt dat we niet zonder elkaar kunnen: de overheid niet zonder de markt, de markt niet zonder de overheid en de maatschappij niet zonder die 2 samen.
Nederland heeft infrastructuur van eminente klasse, mogelijk gemaakt door de knappe koppen die we hebben in deze sector, zo stelt Harbers. Hij spreekt het vertrouwen uit dat partijen dit ook in de toekomst kunnen.